Hoe ga ik te werk?

Het werken met fineer kan je zo ingewikkeld maken als je zelf wil. De meeste projecten vergen wel enige kennis van zaken maar een beginnend project als het fineren van een plankje met contactlijm is zelfs met twee linkerhanden makkelijk te doen!

Hieronder volgt een uitgebreide uitleg van de vele facetten die het werken met fineer kent. We hebben het overzichtelijk proberen te houden door verdiepende onderwerpen op aparte pagina's te plaatsen via links.

Mocht je na deze uitleg nog vragen hebben, kijk dan eens bij Veelgestelde vragen of mail naar info@houtfineer.shop.

We zullen stapsgewijs door het proces van fineren heengaan:

  1. Oriëntatie
  2. De ondergrond of drager
  3. Vlak en flexibel maken (met name bij wortelfineer)
  4. Snijden en voegen
  5. Verlijming
  6. Afwerking

1. Oriëntatie

Werken met houtfineer opent een wereld aan mogelijkheden voor het creëren van prachtige afwerkingen op meubels, kunstwerken, sieraden en andere projecten.

Fineer is een dunne plak hout, doorgaans 0,5 à 0,6 millimeter dik, die op een ondergrond (drager of dragerplaat) wordt gelijmd, zoals multiplex of mdf. Hierdoor kan je het uiterlijk van massief hout bereiken met minder materiaal, wat het zowel kosteneffectief als milieuvriendelijk maakt.

Voordat je aan het eerste fineerproject begint, is het goed om te weten dat er verschillende basistypen fineer bestaan, zoals onbewerkt fineer en fineer met een backing (plastic of papier). Houtfineer.shop verkoopt onbewerkt (naturel) fineer. De volgende keuze is de uitstraling. Heb je een bepaalde houtsoort voor ogen, of op z'n minst een kleurstelling? Of is het nerfpatroon juist doorslaggevend? Op de pagina Complete aanbod staan alle verschillende soorten keurig naast elkaar. Aan jou de keuze!

2. De ondergrond of drager

Het is belangrijk om stil te staan bij het soort ondergrond waar je het fineer op zal verlijmen. Houtachtig plaatmateriaal zoals mdf en multiplex zijn populaire keuzes. Underlayment-platen zijn minder geschikt vanwege het grove oppervlak.

Vroeger werd massief hout als drager vaak gebruikt, maar vanwege de neiging tot krimpen en zwellen is plaatmateriaal een betere keuze.

Mdf werkt fijn vanwege de vlakke vezelstructuur en goede hechtingseigenschappen. Wel raden we aan om mdf licht op te schuren voor extra hechting. Mdf is goedkoop en in veel diktes te verkrijgen. Nadeel is dat het relatief zwaar is.

Multiplex (of 'triplex' in de volksmond) is ook geschikt, mits van goede kwaliteit. Berken of populieren multiplex is goed beschikbaar en geschikt om op te fineren. Voor projecten die in aanraking komen met vocht is watervast verlijmd Okoumé-multiplex (aangeven met de term 'exterieur' of 'wbp') een goede optie. De voorkeur heeft om het fineer dwars op de nerfrichting van de toplaag van het multiplex te verlijmen voor extra stabiliteit van de plaat.

Voor gebogen oppervlakken zijn flexibele dragers zoals buigtriplex of buigmdf geschikt.

Ook kunststof en metaal kunnen worden gefineerd! Dit vereist wel het gebruik van speciale lijm (bijvoorbeeld contactlijm).

Verder is het belangrijk bij het gebruiken van een ondergrond dat deze schoon, droog en vetvrij is. De ondergrond moet ook vlak en egaal van dikte zijn. Let er op dat de ondergrond vrij is van defecten, omdat deze door het fineer heen te zien kunnen zijn.

Probeer ook altijd de achter- of onderzijde van je werkstuk te beplakken met fineer. Dit kan een goedkopere houtsoort zijn maar het beste resultaat (lees: minste kans op kromtrekken) krijg je door dezelfde houtsoort te gebruiken.

3. Vlak en flexibel maken (met name bij wortelfineer)

Het ene vel fineer is vlakker dan het andere. Dit kan te maken hebben met de manier van opslaan, de houtsoort of het patroon. Het overgrote merendeel van ons assortiment houtfineer is vlak genoeg om direct te verlijmen. Wortelfineer is daarentegen vaak gebobbeld. Ga je geen wortelfineer gebruiken? Sla deze uitleg dan gerust over!

Het wilde patroon van wortelfiner, wat juist zijn aantrekkingskracht is, betekent dat de spanning in het fineer naar verschillende richtingen trekt. Zo ontstaan de golven in het vel fineer.

Het fineer zal relatief vlak moeten zijn om het goed te verlijmen.


Bij een lichte welving is dit de eenvoudigste methode:

  1. Bevochtig het fineer licht en leg het tussen keukenpapier
  2. Pers het fineer vlak tussen twee platen met een gewicht of lijmklemmen
  3. Vervang zonodig het keukenpapier als het geen vocht meer op kan nemen
  4. Als het fineer is gedroogd kan je het uit de pers halen en is het klaar om te verlijmen
  5. Mocht je het vel of de vellen niet direct gaan gebruiken raden we aan het fineer blijvend plat te drukken. Na enige tijd kan de spanning in het fineer weer terugkomen en opnieuw bobbels veroorzaken


Een andere eenvoudige methode voor lichte welving is door te strijken:

  1. Bevochtig het fineer met gedestilleerd water
  2. Strijk het zoals je een overhemd zou strijken. Gebruik een strijkijzer op middelhoge temperatuur zonder stoom.
  3. Blijf het fineer bevochtigen met een spuitfles en strijk het totdat het vlak is. Zorg ervoor dat al het vocht verdwenen is om te voorkomen dat het fineer weer gaat golven


Voor ernstig gebobbeld fineer zullen bovenstaande methodes niet of niet voldoende werken.

We raden aan een mengsel te maken van het volgende:

  • twee delen witte PVA-lijm (houtlijm)
  • één deel glycerol (ook wel glycerine genoemd)
  • één deel alcohol
  • drie tot vier delen water

Smeer dit aan beide kanten op het fineer en leg het tussen keukenpapier. Het proces is daarna gelijk als de eerst omschreven methode (persen tot het droog is). Je kan meerdere vellen tegelijk behandelen en persen mits je voldoende keukenpapier tussen de vellen fineer legt.

Experimenteer met deze methode eerst met een reststuk fineer want elk vel fineer reageert weer net wat anders. Houd rekening met eventuele residuen die achterblijven en hoe deze de lijm- en afwerkingsprocessen kunnen beïnvloeden.


Het kan voorkomen dat jouw fineer niet zozeer gebobbeld is maar zo droog en broos dat het onbruikbaar lijkt.

Dit kun je herstellen met een mengsel van water en glycerol (ook wel glycerine genoemd). Glycerol trekt water aan en houdt het vast, waardoor het hout weer soepel wordt. Ga als volgt te werk:

  1. Meng één eetlepel glycerol met een halve liter warm water
  2. Maak het fineer aan beide zijden nat met dit mengsel
  3. Wacht een paar minuten totdat je merkt dat het fineer flexibel wordt
  4. Klem het fineer met keukenpapier aan beide zijden tussen twee platen met een gewicht of lijmklemmen. Neem na ongeveer een half uur het overtollige vocht af met een doek
  5. Als het fineer nog vochtig is vervang je het keukenpapier en klem je het totdat het droog is
  6. Het fineer is nu vlak en soepel en is klaar om in je project te verwerken!

4. Snijden en voegen

Het werken met fineer begint met het zorgvuldig snijden van de fineerbladen. Het is belangrijk om de vellen iets groter te snijden dan de uiteindelijke afmetingen (een centimeter), zodat je de overbodige randen kunt wegsnijden na verlijming van de vellen.

Als je meerdere vellen tegelijk op maat wil maken is het handig een plank op het fineer te klemmen waarlangs je het mes of de zaag kan halen. Zo blijft elk vel fineer gelijk.

Afkorten: het inkorten van de fineervellen tot de benodige lengte kan op verschillende manieren. Gebruik een scherp hobbymes, schaar of fineerzaag. Het meest voorkomende probleem is dat het fineer splintert als de zaag of het mes langs de randen van het blad gaat. Voorkom dit door altijd vanaf de rand naar het midden te zagen. Duw de zaag van je af als je de dichtstbijzijnde kant zaagt en trek de zaag naar je toe als je de verste kant zaagt. Zaag een paar centimeter vanaf beide randen en zaag daarna het midden.

Op breedte maken: vaak zijn fineerbladen niet breed genoeg om een geheel blad te bedekken, dus het is gebruikelijk om meerdere banen aan elkaar te voegen. Voordat je deze banen kunt samenvoegen, moeten de randen recht worden gesneden. Dit doe je met een scherp hobbymes of fineerzaag, waarbij je langs een rechte liniaal of lat snijdt. Het is cruciaal om met de houtstructuur mee te snijden, zodat je voorkomt dat de vezels loskomen en het fineer scheurt of de snijlijn scheef loopt. Als je een fineerzaag gebruikt heb je dit probleem minder.

Als je de mogelijkheid hebt kan je machines gebruiken om het fineer perfect op maat te zagen als voorbereiding voor het voegwerk. Lees op DEZE PAGINA meer (volgt).


Het samenstellen of sorteren van verschillende fineerbladen kan op grofweg vier verschillende methodes; standaard voegwerk, parqueterie, marqueterie en inlegwerk. De grenzen hiertussen kunnen vervagen; met fineer kan je zo creatief zijn als je zelf wilt. Lees meer over deze methodes op DEZE PAGINA (volgt).


Zodra de randen zijn gesneden, kun je de fineerbladen aan elkaar voegen met speciale fineertape en/of schilderstape. KLIK HIER (volgt) voor een uitleg over de verschillende soorten tape die te koop zijn.

Je plaatst de bladen tegen elkaar en trekt ze met tape strakker aan. Begin met blauwe schilderstape aan de achterkant en draai het vel om om de zichtkant met papieren fineertape te tapen. Verwijder daarna de blauwe tape van de achterkant om luchtbellen te voorkomen. Maak de fineertape vochtig met een spons en strijk het daarna snel vast met een lauwe strijkbout voor een directe hechting. Bewaar het getapete fineerblad tussen twee stukken multiplex om ze vlak en veilig te houden.

Het is handig om de voegen tegen het licht te houden; als er licht doorheen komt, weet je dat de voeg niet perfect stoot.

Het voegen kan je eventueel ook doen tijdens het verlijmen. Dit doe je door de banen elkaar een klein stukje te laten overlappen en de overlap met een strijkbout te verwarmen. Hierna kan je beide lagen fineer met een rechte liniaal of lat doorsnijden. De onderste afgesnede strook haal je onder de onderste fineerlaag vandaan. Zodoende zullen beide vellen perfect tegen elkaar stoten.

5. Verlijming

Het verlijmen van fineer wordt van oudsher gedaan met organische (natuurlijke) lijmen zoals huiden- of beenderlijm. Antieke meubels zullen hiermee nog zijn verlijmd en voor restauratiewerkzaamheden kent deze lijm zeker zijn plaats.

In de twintigste eeuw veranderde de lijmindustrie door de ontwikkeling van synthetische lijmen. Ze zijn beter bestand tegen water en hitte, waardoor ze ideaal zijn voor fineerwerk en andere houtbewerkingsprojecten. Synthetische lijmen kunnen worden onderverdeeld in twee hoofdcategorieën: thermohardende en thermoplastische lijmen. Thermohardende lijmen, zoals epoxy en ureumformaldehyde, creëren sterke verbindingen door een chemische reactie. Thermoplastische lijmen, zoals de meeste witte en gele houtlijmen, harden uit door verdamping en kunnen opnieuw worden verwarmd om te verzachten.

Waar houd ik rekening mee?

Bij het kiezen van de juiste lijm is het belangrijk om rekening te houden met verschillende factoren.

  • De open tijd van de lijm, oftewel de tijd die je hebt om de lijm aan te brengen voordat je de onderdelen samenvoegt, varieert afhankelijk van de temperatuur en luchtvochtigheid.
  • Het is ook essentieel om te bepalen of de lijm vochtwerend moet zijn en hoe deze zal reageren met de materialen die je gebruikt.
  • Bij het aanbrengen van lijm is het cruciaal om de juiste hoeveelheid te gebruiken. Te veel lijm kan leiden tot luchtbellen, terwijl te weinig lijm niet voldoende hechting biedt. Het gebruik van een getande spatel of een verfroller kan helpen om de lijm gelijkmatig te verdelen. Zorg ervoor dat de oppervlakken schoon en droog zijn voordat je begint met lijmen, en volg altijd de instructies van de fabrikant voor het beste resultaat.

Welke lijm is het beste voor mijn project?

  • Huiden- of beenderlijm, een van de oudste lijmsoorten, wordt nog steeds gebruikt voor het verlijmen van houtverbindingen en fineerwerk. Het wordt verkocht in kristalvorm en moet worden gemengd met water en verwarmd voor gebruik. Hoewel het effectief is voor bepaalde projecten, kan beenderlijm verzwakken bij blootstelling aan vocht, wat een beperking vormt voor sommige toepassingen. Deze lijm kent zijn plaats bij het restaureren van antieke meubels waar toentertijd ook huidlijm is gebruikt. Bekijk op DEZE PAGINA (volgt) een werkinstructie. Het merk Titebond heeft ook koud aan te brengen huidenlijm te koop; Titebond genuine hide glue.
  • PVA-lijm (witte houtlijm) is tegenwoordig de meest gebruikte lijm in houtbewerking. Het biedt een relatief korte open tijd en is eenvoudig aan te brengen. PVA-lijm kan als verlijming voor fineer op twee manieren worden gebruikt: koud geperst onder druk (lijmtangen of gewicht) of warm geperst met een strijkbout. Het is belangrijk om te zorgen dat de materialen op kamertemperatuur zijn en dat de lijm gelijkmatig wordt aangebracht. PVA-lijm hecht niet goed op olieachtige houtsoorten zoals teak. Zie op DEZE PAGINA (volgt) een werkinstructie. Voor exterieur werk of vochtige ruimtes is er D3- of D4-houtlijm te koop.
  • Epoxy is een krachtige lijm die uitstekende hechting biedt en bestand is tegen vocht. Ook geschikt voor materialen anders dan hout zoals metaal of kunstof. Eenmaal uitgehard lost het niet op en wordt het niet zachter. Het kan 'bloeden' naar het oppervlak van de fineerlaag wat extra schoonmaakwerk vereist. Het vult gaten goed op en kan, indien gekleurd, nuttig zijn voor fineerlagen met lichte oppervlaktedefecten. Het kan ook worden gemengd met houtstof om de kleur aan te passen aan het hout, wat het ideaal maakt voor projecten waarbij esthetiek belangrijk is.
  • Contactlijm is eenvoudig te gebruiken omdat het weinig gereedschap vereist. Het is echter elastisch en kan soms problemen geven bij het verlijmen van smalle randen. Ook kunnen er na verloop van tijd naden tussen stroken ontstaan. Deze lijm zit gelijk vast dus vergt wat voorbereiding voordat het fineer wordt verlijmd. Oplosmiddelen in bepaalde lakken kunnen de lijm verzachten, waardoor het fineer loslaat. Zie DEZE PAGINA (volgt) voor een werkinstructie. Een goed alternatief voor contactlijm is Titebond Cold Press for Veneer.

Om lijm te verspreiden over een groot oppervlak kan een verfroller worden gebruikt. Een lijmkam werkt vaak nog beter want de lijm moet gelijkmatig worden verspreid: te veel lijm veroorzaakt golven, te weinig lijm leidt tot luchtbellen.

Lijm moet op de ondergrond worden aangebracht, behalve bij contactlijm, waar beide oppervlakken gelijmd moeten worden. Besproei het fineer met water na het aanbrengen van de lijm zodat het fineer minder opkrult zodat je rustig alles kan uitlijnen en klemmen.

6. Afwerking

Na voldoende uitharding van de lijm zal het fineer bijgesneden moeten worden, gevolgd door het verwijderen van voegtape, schuren, en het aanbrengen van de juiste afwerking.

Bij het bijsnijden van fineer is het belangrijk om de werkbank schoon te houden. Leg het werkstuk met de gefineerde kant op de werkbank en snijdt met een scherp mes in een schuine hoek het overmaatse fineer af.

Voegtape kan eenvoudig worden verwijderd door het eerst te bevochtigen met een doek of spons. Dit maakt het losser en makkelijker te verwijderen met een schraapstaal of een beitel.

Dit is ook een goed moment om het oppervlak te controleren op losse plekken. Door het paneel licht te bevochtigen, kunnen eventuele blaasjes of losse plekken zichtbaar worden. Deze moeten worden gerepareerd voordat het paneel verder wordt afgewerkt. Bevochtig de voor- en achterkant tegelijkertijd om het werk niet krom te laten trekken. Laat zo'n 20 minuten drogen om de blaasjes naar voren te laten komen.

Bij het repareren van blaasjes moet er nieuwe lijm onder het fineer worden aangebracht. Snijdt het blaasje open met een scherp mes in een schuine hoek (bijna plat naar links of rechts) om de snede later niet meer te zien. Houd de blaas open met het mes en duw lijm in de blaas totdat er overal lijm zit. Nadat de lijm is aangebracht, moet er druk worden uitgeoefend op de gerepareerde plek. Dit kan met een strijkijzer, klemmen, of door het paneel terug in een pers te plaatsen.

Het schuren van het fineer is een cruciale stap voordat je begint met lakken. Als je van plan bent een watergedragen afwerklaag te gebruiken is het verstandig het paneel eerst nat te maken om de nerf op te ruwen. Gebruik schuurpapier dat geen sporen achterlaat en werk van een grove korrel naar fijn, altijd in de lengterichting van de houtnerf. Vaak is een korrel van 240 voldoende fijn om te lakken maar afhankelijk van je project kan je ook eerder stoppen of juist doorgaan met nog fijnere korrels.

Het is belangrijk om niet te snel na het verlijmen te beginnen met lakken; de lijm moet goed droog zijn om schade aan de lak te voorkomen. De keuze van de lak moet afgestemd zijn op de gebruikte lijm, omdat sommige oplosmiddelen in de lak het fineer kunnen losmaken van de ondergrond. Zo werkt cellulose-lak niet met contactlijm en werkt waterlak niet met warme lijm.

Elke lak, olie of beits die voor massief hout verkocht wordt, is ook voor fineer te gebruiken.

De afwerking van een gefineerd oppervlak is vergelijkbaar met die van massief hout, hoewel sommige afwerkingen minder geschikt zijn voor fineer. Penetrerende oliën zijn bijvoorbeeld minder effectief omdat ze niet diep genoeg in het fineer kunnen doordringen. Niet-penetrerende afwerkingen zoals lak, vernis, en schellak zijn beter geschikt. Deze afwerkingen moeten hard genoeg zijn om het oppervlak te beschermen.